Klotok

19 juni 2018 - Tanjung Puting, Indonesië

Gelukkig was het pistool ongeladen met ons meegevlogen en konden we veilig landen. Vanuit de lucht zagen we al dat dit deel van Borneo nog erg groen is. Veel jungle en brede rivieren te zien, en niet zoals op Sumatra waar we vanuit de lucht alleen maar kilometerslange palmolieplantages zagen liggen. Vanuit Jakarta is het minder dan 1,5 uur vliegen naar Pangkalanbun op Borneo. We worden met het vliegtuig voor de deur afgezet. Een aankomst- en vertrekhal ineen. Als we onze rugzakken hebben lopen we naar buiten. Nu maar hopen dat we worden opgehaald. En inderdaad zie ik tussen alle bordjes de naam Bruinewoud staan. We lopen naar de man toe. Een smalle jonge man kijkt ons vriendelijk aan. Het is Nur. Hij is onze steun en toeverlaat, onze gids, onze vader en moeder voor de komende 5 dagen. We hebben de afgelopen maanden al regelmatig via mail contact gehad. We rijden in 20 minuten naar de  rivier toe. Het is de toegangspoort van Nationaal Park Tanjung Puting. Nur begeleidt ons naar de klotok (boot). Hij leidt ons naar boven. Ik ben verrast. Ik zie een tafel met stoelen, een dik matras als slaapplaats en twee ligstoelen staan. Dit wordt dus voor de komende 5 dagen ons thuis. Nur legt uit wat ons de komende dagen te wachten staat. Vraagt of we speciale wensen hebben. Sommige Westerse mensen drinken alcohol zegt Nur. Op Borneo is het net zoals in de rest van Indonesië (behalve Bali) niet te verkrijgen. Alleen op de zwarte markt. Als we bier willen dan moeten we het nu aangeven, zodat hij wat kan ritselen. Nur zegt dat het vinden van goud op Borneo eenvoudiger is dan het vinden van bier. We vinden het lekker om bij het avondeten een biertje te drinken zeggen we. Hij belt met wat mensen. Helaas geen bier te vinden, dan maar op zoek naar goud. Vanuit Nederland heb ik twee kleine flesjes wijn meegenomen, dus we kunnen voorlopig wel vooruit. Even later krijgen we een geweldige lunch voorgeschoteld. Gebakken tempé, gewokte groente, maïskoekjes, rijst en twee heerlijke zoetwatervissen. Als dit de voorbode is van de komende dagen, dan kan het wat mij betreft niet meer stuk! De boot vertrekt en gaat stroomopwaarts de rivier op. Als ik aan Nur vraag hoe de rivier heet dan zegt hij Sekoenyer. Lang geleden toen Indonesië nog Nederlands-Indië was, hebben de Dayaks (lokale bevolking)een Nederlandse boot in de rivier laten zinken. De lokale mensen verstonden de naam niet goed van de boot. De rivier is vernoemd naar de naam van de boot vertelt Nur. Berend en ik gaan op de ligbedden op het voordek liggen. Ik voel me nu net de koningin van Sheba uitkijkend over de Nijl.

Na een tijdje varen we een kleine rivier op. Links en rechts van ons is alleen maar mangrove te zien. Af en toe valt er een druppel en dat is heerlijk verkoelend, totdat het steeds harder begint te regenen. Het zeil gaat op het bovendek voor de helft naar beneden. Vanuit ons bed zien we de mangrove langzaam aan ons voorbij trekken. Wat een rust en stilte. Dit is echt onthaasten. Als het stopt met regenen worden de zeilen weer opgerold. Nur zegt dat we goed moeten opletten. We zien iets verder op een hornbill opvliegen, even later weer een grote zwarte watervogel. We turen de bomen af. Nog niet veel te zien. We gaan langzamer varen. In de verte zien we apen hoog in de boom zitten. Het zijn silver leaf monkeys, en iets verder op zien we makaken. Berend had zich stiekem verheugd op een duik in de rivier, maar dat zit er helaas niet in. Er zwemmen namelijk ook krokodillen in de rivier. 

Nur weet veel, ook al komt hij niet van hier. Hij is in Surabaya, Java geboren. De liefde heeft hem uiteindelijk hier gebracht, nadat hij jarenlang de wereld over is gegaan om te werken op cruiseschepen. De zon gaat bijna onder en de lucht heeft een mooie rode gloed. Wat een geweldige start van de reis denk ik. Nur wijst ineens naar een boom. In de boom zitten neusapen. We leggen aan. Wat een prachtige apen. De mannetjes hebben een flinke neus. Het zijn hele bijzondere dieren om te zien. De locals noemen ze ook wel orang Belanda. De lokale bevolking vond dat de apen op Nederlanders leken. Kan me er wel iets bij voorstellen. Licht gezicht, grote oren en een flinke neus. Hahahahah! Steeds meer groepen neusapen komen op dit tijdstip naar de rivier toe. Wat een mooi schouwspel. Niets zo leuk dan aapjes kijken. Dat vinden de apen ook van ons. Als er een aap van de ene groep te dicht bijkomt gromt de alpha aap om hem op afstand te houden. Wat een mooi gezicht! De duisternis valt bijna in. Ik vraag aan Nur of we op deze plek blijven om te slapen. Nee, dat is veel te onrustig! De hele nacht door maken de apen lawaai. Ze vechten of ze waarschuwen elkaar dat er een krokodil op de loer ligt. Slik!! We varen verder. We leggen aan bij een kleine nederzetting. Even later wordt het avondeten geserveerd. Het wordt een ‘candlelight diner’. Mijn slijmvliezen beginnen te werken oftewel ik kwijl bij het zien van al dat lekkers. Mie goreng, kip, rijst, gebakken tahoe en gewokte waterspinazie. Ook nog wat jeruk als fruit na. We genieten van het eten en de junglegeluiden om ons heen. Om 8 uur komen ze naar boven om het bed klaar te maken en de klamboe op te hangen. Om half 9 blaas ik de kaarsjes uit. Bedtijd! 

Selamat tidur!

Van reisblog naar fotoboek
Laat een prachtig fotoboek afdrukken van je verhalen & foto's. Al vanaf € 21,95.
reisdrukker.nl