Onderweg

1 juni 2016 - Celebes, Indonesië

Na een autoreis van 5 uur worden we afgezet bij een hotel in de buurt van het vliegveld in Medan. Het hotel is een welkome afwisseling na een paar nachten in een vochtig hol op Samosir te hebben doorgebracht. Dezelfde nacht niet goed kunnen slapen om de zorgen om 'thuis'. Marlon heeft een ongeluk op z'n werk gehad. Resultaat is een zwaar gekneusde voet. Ons vliegtuig naar Makassar vertrekt de volgende ochtend om half 9. Weer spullen inpakken en op weg. De vlucht van Medan naar Surabaya is ongeveer zo'n 300 km hemelsbreed. De daarop aansluitende vlucht naar Makassar is nog eens 900 km. Al met al zijn we naar Tana Toraja (Sulawesi) toe zo'n 48 uur onderweg. Als we op het vliegveld in Makassar aankomen worden we aangesproken door een man. De man biedt zijn diensten aan om ons te gidsen door het Tana Torajagebied. We laten niet het achterste van onze tong zien en zeggen tegen hem dat we er rustig over willen nadenken. We eten in een warung op het vliegveld. Het interieur ziet er niet uit, maar de smaak van het eten is net zoals vroeger thuis. Heerlijk! Als Berend afrekent zie ik 3 knullen Berend in de gaten houden. Één van hen zit nog net niet met z'n neus in de portemonnee. Even alert blijven. Vanuit Makassar naar Rantepao (Tana Toraja) is het op papier nog zo'n 350 km. Echter omdat de de wegen zo slecht zijn doe je er niet 3 uur over maar 10 uur! We willen toch in één stuk door reizen. Best pittig maar anders verliezen we weer een volle dag. We besluiten om de nachtbus te nemen. We spreken een prijs af met de 'taxichauffeur' om ons naar de busterminal Daya te brengen. Het is inmiddels donker en uiteraard spits. We slaan op een gegeven moment rechtsaf. Het ziet er maar verlaten uit op de weg en het is slecht verlicht. Ik vertrouw het niet helemaal. We rijden een donker zandpad op. Ik vraag of het wel Daya busterminal is. De chauffeur zegt ja en stapt uit. Berend stapt ook uit. Als ik ook wil uitstappen zit mijn deur op slot. Ik vraag of de deur open kan. Geen reactie. De chauffeur maakt de achterklep open om de spullen te pakken. Naast hem en Berend doemen ineens 2 mannen op. Ze willen onze rugzakken uit de auto halen. Ik zeg tegen Berend dat ik er niet uit kan. Berend verheft zijn stem dat de deur open moet. De deur gaat open. Ik stap snel uit de auto. Ik heb nog steeds mijn twijfels of we goed zitten. Ik zie een gebouw op 50 meter afstand staan maar het lijkt niet op een busstation? Er heerst wat geharrewar tussen chauffeur, Berend en de twee mannen. Ze willen de tassen persé dragen. Ook willen ze ons buskaartjes voor de nachtbus verkopen. Ik loop alvast vooruit richting gebouw. Er zit iemand achter een tafel. Ik vraag of dit het Daya busstation is. Ja, zegt ze. We moeten wel 2000 roepia p.p. afrekenen om binnen te komen. Best vaag maar het werkt ook zo op stations in Nederland. Als we 'entree' hebben betaald en we doorlopen komen we inderdaad op het station uit. Aan deze kant van het station kun je overigens gewoon komen zonder te betalen. Op het busstation is het druk. Door alle drukte is het best moeilijk te oriënteren. Ook worden we continu benaderd door mensen. Ik zie een bordje Litha & Co staan. Ik heb gelezen dat zij kaartjes voor de nachtbus verkopen. We stappen het 'kantoortje' binnen. Ik vraag of ze tickets naar Rantepao verkopen. Ja, zegt de man. Hoe laat vertrekt de nachtbus vraag ik. Om 9 en 10 uur zegt de man. De bus van 9 uur is goedkoper dan die van 10 uur. Waarom dat zo is weet ik niet? Naar mijn idee wil je zo snel mogelijk weg van dit busstation lijkt mij? Volgens de man is de aankomsttijd ook hetzelfde, of je nu om 9 of 10 uur vertrekt. Ik zeg dat we 2 kaartjes willen voor de bus van 9 uur. We hoeven dan nog maar zo'n 2,5 uur te wachten. Prima zegt de man. De bus van 9 uur vertrekt wel om half 10 zegt hij. Nu ben ik toch wel even de weg kwijt! Mijn ervaring tot nu toe in Indonesië is dat het altijd toch weer anders blijkt te zijn. Dat is soms wel eens doodvermoeiend.We kopen de kaartjes en mogen onze rugzakken bij hem in het kantoor stallen. Achteraf blijkt er geen enkel toezicht te zijn. De man loopt zijn kantoortje in en uit en sluit de deur niet af. Ik laad mijn telefoon binnen op en Berend gaat buiten zitten. Er staan voor het kantoor plastic stoelen. De mensen kunnen daar wachten in afwachting van de bus. Berend vermaakt zich prima! Hij raakt eerst in een gesprek met een oude man, vervolgens met een priester en daarna met een jong meisje. Het zou het begin kunnen zijn van een slechte mop. Soms is het lastig inschatten of mensen een vriendelijk praatje met je willen maken of iets aan je willen 'verkopen'. Soms word ik op het verkeerde been gezet. Dat is dan ook weer een leermoment zullen we maar zeggen. Op het busstation is het drukkend warm, goor en er lopen 'verknipte' types rond. De sfeer doet een beetje sinister aan vind ik. Als ik richting de toiletten loop zie ik ellende en smerigheid. Voor toiletbezoek moet er betaald worden. Geen probleem als de wc's schoon worden gehouden. De wc bestaat uit een hurkwc, een mandibak en een heel vies uitziend bakje om water mee te scheppen. De deur is te smerig om aan te raken en sluit niet goed. Aangezien we een busreis van 10 uur voor de boeg hebben en er geen wc in de bus is gooi ik mijn bezwaren overboord. Als ik terug kom vragen mensen of we samen met een klein meisje op de foto willen. Geen probleem. Berend geeft aan het meisje een stickervel. Ze glundert er helemaal van. Als een klein ventje Berend ziet moet hij zo hard huilen. Zielig voor het ventje maar ik vind het best grappig. Zijn ouders proberen hem te troosten. Het ventje pakt een stukje vel van zijn arm om te laten zien dat het vel van die 'enge man' wit is en niet bruin. Het lijkt wel steeds vochtiger en warmer te worden. Bussen komen en gaan. Onze bus van 9 uur is er om half 10 nog steeds niet. De man van het kantoortje is nergens te bekennen. Berend loopt wat rond. Ondertussen ben ik zo moe van het wachten en de warmte. Als de bus niet komt gaan we maar naar Makassar toe en slapen desnoods een nacht in een hotel. Ik vraag wat rond. Laat mijn kaartje zien. Een jongen zegt dat de bus echt wel komt. Nog meer bussen komen en gaan. Ook richting Rantepao maar van een andere maatschappij. Ik word er chagrijnig van. Iets na tien uur zegt de jongen dat de bus er aan komt. Wat een opluchting! Even later duikt de man ook weer op als een konijn uit een toverhoed. Ik ben blij als ik in de bus zit. De bus zit al vol. Wij zijn de enige passagiers die ze nog moesten ophalen. We proberen wat te slapen. De bussen rijden in konvooi over kleine wegen richting Rantepao. We stoppen midden in de nacht voor een plaspauze. Tegen half 5 worden Berend en ik wakker. De bus stopt af en toe om mensen uit te laten stappen. In onze bus zit verder geen enkele toerist. Berend vraagt aan de chauffeur of hij ons voor het hotel afzet. Geen probleem.

Tegen 7 uur stopt de bus voor ons hotel. We stappen uit en worden verwelkomd. Het hotel heeft een prachtige tuin. Veel grote vlinders en mooie vogels. Echt genieten! We kunnen op de kamer als we extra betalen. We zijn na 2 dagen reizen zo bekaf dat we het geen enkel probleem vinden. Wat zijn we moe. Even slapen en voor de rest van de dag bij het zwembad hangen. Even bijtrekken!

Foto’s

7 Reacties

  1. Henk de Vries:
    1 juni 2016
    Ja jongens, weer een prachtig verhaal om te lezen maar het zou echt niets voor mij zijn! De beschrijving van de toiletten, louche types en de opdringere personen!! Nee niets voor dese jongen! Maar het lezen over deze bijzondere reis is prachtig! Van uit mijn luie stoel en een kop thee bij de hand geniet ik er enkrm van. Jongens blijf waakzaam is nooit verkeerd! En Berend let op jr portemonaie!! Hartelijke groet!!
  2. Veronique:
    1 juni 2016
    Het lijkt bijna op een helse tocht ;) als ik het zo lees of viel het toch wel mee achteraf gezien toen jullie weer lekker in de vlindertuin zaten? Mooi verhaal "onderweg'!
  3. Hans Michels:
    1 juni 2016
    Hoi Grace en Berend. Ik blijf hier lekker lezen en soms een beetje meegriezelen. Ik betwijfel of ik het allemaal zou trekken. Maar ik weet zeker dat het ervaren van de roots voor Grace een onvergetelijke ervaring zal blijven. Het lijkt trouwens wel of voetfoutjes dit jaar bij jullie in de familie zitten! Geniet ervan en blijf je prachtige verhalen schrijven. Groetjes, Hans
  4. Grace:
    2 juni 2016
    Even ter gerustelling.....het leest echt spannender dan dat het is! Eind goed, al goed :)) Het onderweg zijn kost wel veel energie. We zijn en blijven alert. Foute types zijn er helaas overal.
  5. Stella:
    2 juni 2016
    Ha Grace en Berend, wat een bijzondere en veelzijdige reis maken jullie.En de tijd vliegt en ook de roepias uit je portemonnaie. Maar alles zo bij elkaar een fantastische roadtrip. Nog veel plezier samen en groetjes van Stella
  6. Simone Rintjema:
    2 juni 2016
    Hoi Berend en Grace, Wat een mooie reis zijn jullie aan het maken! Het is leuk om jouw verhalen te lezen Grace ! groetjes Simone
  7. Pa & Ma Klaessen:
    3 juni 2016
    Lieve Puck,
    Na alle beslommeringen hier nu respons op je verslagen. Ze zijn subliem en onvergetelijk. Je neemt de lezer mee bij het aanschouwen en beleven ! Het impressief vermogen die je aan de dag legt is een facet niet iedereen gegeven."Joepiai" mijn bijnaam gegeven door de in Vietnam gewonde USMC amarikaanse mariniers bij het begeleiden van hun reis naar West Berlijn. dit predikaat geef ik jou. Ja, Soerabaja, de stad waar Mam en ik
    verliefd raakten, trouwden en moesten verlaten Je bracht mij er terug.! Dan Malang de stad van moeder. En Batoe de villa van Opa en Oma. waar wij met vacantie mooie momenten beleefden. Paardrijden. De wandelingen met Cor door het oerwoud waar de zon vaak niet door het bladerdak kwam ! Berghellingen beklimmen tot je adem stokte. Ravijn in op de oorsprong van de kali Brantas te doorgronden. En met Cor die altijd voor nood altijd een machete bij zich had. Een horde Adjaks wilde honden een roedel Tjelengs
    insloten en het zwakste dier als buit verslonden, waar Cor nog een flink stuk
    vlees afsneed en meenam om thuis te roosteren. Het waren fasinerende, curieuse en soms hachelijke belevenissen als stadsjongen ! Op de helling
    van de Ardjoeno woonde een Schot in een blokhut. Zijn sanctuary noemde hij "Lali Djiwo" (Verloren Ziel) !

    Liefs en groetjes, Pa